Wet Melding Ongebruikelijke Transacties


<< Terug naar overzicht

WET van 5 september 2002, houdende vaststelling van regelingen betreffende melding van ongebruikelijke transacties bij dienstverlening (Wet Melding Ongebruikelijke Transacties) (S.B. 2002 no. 65).

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

a. dienstverlener: een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die beroeps- of bedrijfsmatig diensten verleent;

b. diensten: financiële of niet-financiële diensten;

c. financiële diensten: het beroeps- of bedrijfsmatig in of vanuit Suriname;

1o in bewaring nemen van effecten, bankbiljetten, munten, edele metalen en andere waarden;

2o openstellen van rekeningen waarop saldi in geld, effecten, edele metalen of andere waarden kunnen worden aangehouden;

3o verhuren van safe-loketten;

4o verrichten van uitbetalingen terzake het verzilveren van coupons of vergelijkbare stukken van obligaties of vergelijkbare waardepapieren;

5o sluiten van overeenkomsten van verzekering tot het doen van geldelijke uitkeringen in verband met het leven of de dood van de mens en overeenkomsten van verzekering die strekken tot het verrichten van andere dan geldelijke prestaties in verband met het overlijden van de mens alsmede het verlenen van bemiddeling daarbij;

6o doen van uitkeringen uit hoofde van overeenkomsten zoals omschreven in artikel 1 onder c punt 5;

7o crediteren of debiteren dan wel doen crediteren of debiteren van rekeningen waarop saldi in geld, effecten, edele metalen of andere waarden kunnen worden aangehouden;

8o aan- en verkopen van Surinaamse guldens en of vreemde valuta;

9o verrichten van nationale en internationale financiële overmakingen;

10o ter beschikking krijgen van gelden, direct of op termijn opvorderbaar, al dan niet in de vorm van spaargelden of tegen uitgifte van één of meer soorten schuldbewijzen, en van het voor eigen rekening verrichten van kredietuitzettingen of beleggingen;

11o handelen in effecten;

d. niet-financiële diensten: het in of vanuit Suriname:

1o opmaken van notariële akten bij de overdracht van onroerende goederen gelegen in Suriname;

2o inrichten en controleren van boekhoudingen en administraties; 1

3o verlenen van rechtskundige bijstand aan personen of instellingen;

4o handelen in onroerend goed;

5o handelen in goud en andere edele metalen en edelstenen;

6o aanbieden van kansspelen;

7o handelen in motorrijtuigen;

e. cliënt: een natuurlijke persoon of rechtspersoon aan of ten behoeve van wie een dienst wordt verleend. In geval een dienst als bedoeld in artikel 1 onder c de punten 5 en 6 wordt verleend, wordt daaronder begrepen degene die de premie betaalt alsmede degene ten behoeve van wie de uitkering wordt gedaan;

f. transactie: een handeling of samenstel van handelingen van of ten behoeve van een cliënt in verband met het afnemen van één of meer diensten;

g. ongebruikelijke transactie: elke transactie die afwijkt van het normale rekeningverloop, van de normale zakelijke activiteiten van de dienstverlener en van hetgeen in de dagelijkse praktijk gebruikelijk is;

h. melding: een melding als bedoeld in artikel 12;

i. meldpunt: het Meldpunt bedoeld in artikel 2.

HET MELDPUNT

Artikel 2

1. Ingesteld wordt een "Meldpunt Ongebruikelijke Transacties", gevestigd te Paramaribo.

2. De hoofdtakken van het Meldpunt bestaan uit: het verzamelen, registreren, bewerken en analyseren van gegeven teneinde na te gaan of deze gegevens van belang kunnen zijn voor de voorkoming en opsporing van misdrijven en het verstrekken van persoons- en andere gegevens conform de voorschriften van deze wet.

3. Het boekjaar van het Meldpunt valt samen met het kalenderjaar.

4. Het budget van het Meldpunt wordt jaarlijks bij wet vastgesteld.

Artikel 3

1. Per kwartaal brengt het Meldpunt verslag uit van zijn werkzaamheden aan de Procureur-Generaal, van welk verslag afschrift wordt verzonden aan de Minister van Justitie en Politie en de Minister van Financiën. 2

2. De verslaggeving zoals bedoeld in lid 1 van dit artikel verschaft onder meer inzicht in de aard en de omvang van alle meldingen en vindt zodanig plaats dat het vertrouwelijk karakter van de aan het meldpunt verstrekte gegevens gewaarborgd blijft.

3. Jaarlijks presenteert het Meldpunt aan de Procureur-Generaal een document waarin zijn voornemens voor het komende jaar zijn opgenomen, van welk document afschrift wordt verzonden aan de Minister van Justitie en Politie en de Minister van Financiën.

Artikel 4

1. Het Meldpunt doet gevraagd en ongevraagd aanbevelingen aan de in artikel 1 genoemde dienstverleners omtrent de invoering van passende procedures voor de interne controle en communicatie en andere te treffen maatregelen ter voorkoming van money laundering.

2. Het Meldpunt geeft voorlichting omtrent de voorkoming en opsporing van money laundering aan de dienstverleners, het Openbaar Ministerie, de overige ambtenaren belast met de opsporing van strafbare feiten en aan het publiek.

3. Het Meldpunt stelt nadere richtlijnen vast ter zake de eisen waaraan een melding dient te voldoen.

4. Het Meldpunt verstrekt op grond van artikel 9 gegevens uit het register aan van overheidswege aangewezen instanties buiten Suriname die een vergelijkbare taak hebben als het Meldpunt.

Artikel 5

1. Het Meldpunt is bevoegd aan degene die een melding heeft gedaan nadere informatie te vragen, teneinde te kunnen beoordelen of de verzamelde gegevens dienen te worden verstrekt op grond van artikel 6.

2. Degene aan wie overeenkomstig lid 1 van dit artikel nader informatie is gevraagd, is verplicht deze schriftelijk, in spoedeisende gevallen mondeling, binnen een door het Meldpunt gestelde termijn, te verstrekken.

Artikel 6

Het Meldpunt is verplicht de volgende gegevens te verstrekken aan de bevoegde instanties en ambtenaren die met de opsporing en vervolging van strafbare feiten zijn belast:

a. gegevens waaruit een redelijk vermoeden voortvloeit dat een bepaalde persoon zich schuldig heeft gemaakt aan money laundering of aan een hieraan ten grondslag liggend misdrijf; 3

b. gegevens waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat zij van belang zijn voor de opsporing van money laundering of van de hieraan ten grondslag liggende misdrijven;

c. gegevens waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat zij van belang zijn voor het voorkomen en opsporen van misdrijven die aan money laundering ten grondslag liggen en die, gezien hun ernst of frequentie dan wel het georganiseerd verband waarin zij worden gepleegd, een ernstige inbreuk op de rechtsorde opleveren.

Artikel 7

1. Het Meldpunt is bevoegd, indien voor de analyse van de melding daartoe de noodzaak bestaat, over degene ten aanzien van wie een melding is gedaan informatie bij overheids-, financiële en niet-financiële instellingen op te vragen;

2. Overheids-, financiële en niet-financiële instellingen zijn verplicht de door het Meldpunt op grond van lid 1 van dit artikel gevraagde informatie, te verschaffen.

Artikel 8

1. Het Meldpunt hout ter registratie van de op grond van deze wet gedane meldingen een register bij.

2. Met het beheer van het register is de directeur van het Meldpunt belast.

3. Slechts in de gevallen waarin de wet voorziet, worden uit het register gegevens aan de opsporingsautoriteiten verstrekt.

Artikel 9

1. Bij Staatsbesluit worden regels gesteld omtrent de inrichting van het in artikel 8 lid 1 genoemde register.

2. Verstrekking van gegevens uit het register van het Meldpunt aan instanties buiten Suriname met een vergelijkbare taak als het Meldpunt geschiedt slechts op basis van een verdrag; de voorwaarden waaronder deze gegevens worden verstrekt worden bij wet vastgesteld.

Artikel 10

1. De algemene leiding, de organisatie en het beheer van het Meldpunt berusten bij de directeur van het Meldpunt.

2. De directeur wordt op voordracht van de Minister van Justitie en Politie na de Procureur-Generaal te hebben gehoord, door de Regering bij Staatsbesluit 4 benoemd voor een periode van 3 jaar. Hij kan door de Regering bij Staatsbesluit worden geschorst of ontslagen.

3. De directeur bekleedt geen andere bezoldigde posten, ambten of bedieningen. Hij drijft geen handel en heeft rechtstreeks noch zijdelings bij enig bedrijf of enige bedrijvigheid belang.

4. Aanstelling, schorsing of ontslag van het personeel van het Meldpunt geschiedt door de directeur.

5. De bezoldiging, het pensioen en de overige arbeidsvoorwaarden van de directeur en het personeel worden bij staatsbesluit vastgesteld.

Artikel 11

Met het toezicht op de werkzaamheden van het Meldpunt is belast de Procureur-Generaal.

MELDINGSPLICHT

Artikel 12

1. Dienstverleners die bij de uitoefening van hun taken feiten ontdekken die duiden op money laundering zijn, met inachtneming van bij Staatsbesluit vast te stellen indicatoren, verplicht een daarbij verrichte of voorgenomen ongebruikelijke transactie onverwijld schriftelijk te melden aan het Meldpunt.

2. Een melding bevat, voor zover mogelijk, de volgende gegevens:

a. de identiteit van de cliënt;

b. de aard en het nummer van het identiteitsbewijs van de cliënt;

c. de aard, het tijdstip en de plaats van de transactie;

d. de omvang en bij een financiële dienst bedoeld in artikel 1, onder c, punt 7 de bestemming en de herkomst van de bij de transactie betrokken gelden, effecten, edele metalen of andere waarden; e. de omstandigheden op grond waarvan de transactie als ongebruikelijk wordt aangemerkt.

Artikel 13

Instituten die met het toezicht op financiële instellingen zijn belast alsmede overheidsinstanties dienen, in afwijking van eventuele geheimhoudingsbepalingen die op de bedoelde instituten en overheidsinstanties van toepassing zijn, het Meldpunt in te lichten, indien zij bij de uitoefening van hun taken feiten ontdekken die duiden op money laundering of die een redelijk vermoeden daartoe doen ontstaan. 5

Artikel 14

1. Gegevens of inlichtingen die in overeenstemming met de artikelen 5 lid 2, 7 lid 2 of 12 zijn verstrekt, kunnen niet dienen als grondslag voor of ten behoeve van een opsporingsonderzoek of een vervolging wegens verdenking van of als bewijs ter zake van een tenlastelegging wegens, overtreding van het ter zake bepaalde in de Wet Strafbaarstelling money laundering door degene die de gegevens of inlichtingen heeft verstrekt.

2. Lid 1 is van overeenkomstige toepassing op de persoon die werkzaam is voor degene die in overeenstemming met de artikelen 5 lid 2, 7 lid 2 of 12 gegevens of inlichtingen heeft verstrekt en die daaraan heeft meegewerkt.

DIENSTVERLENERS

Artikel 15

Dienstverleners zijn verplicht, met inachtneming van de in artikel 12 lid 1 bedoelde indicatoren, alle nationale en internationale ongebruikelijke transacties zo volledig mogelijk te documenteren.

Artikel 16

1. Dienstverleners zijn gehouden alle relevante documenten betreffende nationale en internationale transacties ten minste zeven jaren te bewaren en wel zodanig dat deze op verzoek van de daartoe bevoegde autoriteiten zonder veel inspanning en tijdverlies ter inzage kunnen worden gesteld.

2. De in lid 1 van dit artikel bedoelde documenten dienen in een zodanige vorm te worden aangehouden, dat reconstructie van een individuele transactie mogelijk is.

Artikel 17

Het Meldpunt, de directeur en de werknemers van het Meldpunt zijn niet aansprakelijk voor schade die is ontstaan als gevolg van de uitvoering van hun taken en bevoegdheden bij of krachtens deze wet opgelegd.

Artikel 18

Dienstverleners, hun directeuren en werknemers zijn niet strafrechtelijk of civielrechtelijk aansprakelijk voor de schending van restricties op de onthulling van informatie opgelegd bij overeenkomst of door een wettelijke bepaling, indien zij hun vermoedens van money laundering melden aan het Meldpunt. 6

Artikel 19

Degene die tot een melding ingevolge het bepaalde in artikel 12 is overgegaan, is niet aansprakelijk voor schade die een derde dientengevolge lijdt, tenzij aannemelijk wordt gemaakt dat gelet op alle feiten en omstandigheden in redelijkheid niet tot de melding had mogen worden overgegaan.

STRAFBEPALING

Artikel 20

Overtreding van bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften wordt beschouwd als een misdrijf en wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren en een geldboete van ten hoogste vijfhonderdmiljoen gulden.

OVERGANGSBEPALING

Artikel 21

Dienstverleners dienen binnen zes maanden na inwerkingtreding van deze wet te voldoen aan de bepalingen van deze wet.

SLOTBEPALINGEN GEHEIMHOUDING

Artikel 22

Het is aan een ieder die uit hoofde van de toepassing van deze wet of van krachtens deze wet genomen besluiten enige taak vervult of heeft vervuld verboden van gegevens of inlichtingen, die ingevolge deze wet zijn verstrekt of ontvangen, verder of anders gebruik te maken, daaraan verder of anders bekendheid te geven of verder of anders een bestemming te geven, dan voor de uitoefening van zijn taak of door deze wet wordt geëist.

Artikel 23

Degene die ingevolge artikel 5 nadere gegevens of inlichtingen verstrekt of die ingevolge artikel 12 een melding doet, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens en voor zover uit de doelstelling van deze wet de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit.

Artikel 24

1. Deze wet kan worden aangehaald als: Wet Melding Ongebruikelijke Transacties.

2. Zij wordt in het Staatsblad van de Republiek Suriname afgekondigd. 7

3. Zij treedt in werking met ingang van de dag volgende op die van haar afkondiging.

4. Met de uitvoering van deze wet is belast de Minister van Justitie en Politie. 8